De schulpboor van Bloemendaal

In deze rubriek wordt elke maand kort en krachtig een bijzonder, apart of juist heel gewoon opgegraven voorwerp belicht. Deze maand betreft het een schulpboor.

In 2008 werden op de gemeentegrens van Bloemendaal en Velsen rioleringswerkzaamheden uitgevoerd. Deze werkzaamheden werden door een lid van de Archeologische Werkgroep Haarlem e.o. archeologisch begeleid. Tijdens deze werkzaamheden werd in de ontgraven grond een bijzonder ijzeren voorwerp aangetroffen. Het betreft een schulpboor voor het uitboren van boomstammen.

Waargenomen rechthoekige watergoot, in 2001, bij de nieuwbouw van het Bispinckpark te Bloemendaal. Tijdens archeologische begeleidingen zijn in Bloemendaal op diverse plaatsen dergelijke ondergrondse watergoten waargenomen.

Blekerijen
In het gebied waar de schulpboor is gevonden waren vanaf de zeventiende eeuw blekerijen gevestigd. Een van de noodzakelijkheden voor het productieproces in de blekerij was een constante aanvoer van water. Dit water kwam als drangwater uit de duinen en werd door middel van ondergrondse rechthoekige houten goten of uitgeholde boomstammen langs de verschillende productiegangen in de blekerij geleid.

 

Prent van het inwendig uitboren van een boomstam. Caspar Luyken, naar Jan Luyken 1694- Rijksmuseum.

Uithollen
Om een boomstam uit te boren was de volgorde van dit proces als volgt: eerst werd met een neuslepelboor of een schroefboor een gat met kleine middellijn door de hele lengte van de boomstam geboord. Voor het vergroten van de diameter van het geboorde gat werd vervolgens de schulpboor ingezet. Hiervoor werd een touw door het gat getrokken, dat vervolgens aan de haak van de schulpboor bevestigd. Aan de andere zijde van de schulpboor werd een kruisvormige kruk (handvat), gewoonlijk van hout, gedeeltelijk van metaal bevestigd. Om over een grote lengte te kunnen boren werden er een aantal verlengstukken aan elkaar bevestigd. Door het touw aan de andere zijde van de boomstam onder druk te zetten en de schulpboor aan de voorzijde te draaien werd over de gehele lengte van de boomstam een grotere diameter van het geboorde gat verkregen.

Schulpboren werden horizontaal gebruikt en konden door een of twee man worden gehanteerd. Wanneer twee vaklui samenwerkten, keek de een naar de buis en hanteerde het werktuig. De ander zorgde voor trekkracht aan het touw aan het andere eind van de boomstam. Aangezien het gat in de boomstam zeer nauwkeurig geboord moest worden en de schulpboor lang en zwaar was, rustte de stang op een schraag of tussen twee palen.

De schulpboor is overgedragen aan het Provinciaal Depot voor Archeologie in Castricum.

Foto’s zijn gemaakt door Kees Zwaan, Assistent beheerder Provinciaal Depot voor Archeologie – Regionale Economie en Erfgoed.