Deugden op een Siegburger snelle

In deze rubriek wordt elke maand kort en krachtig een bijzonder, apart of juist heel gewoon opgegraven voorwerp belicht. Deze maand betreft het een snelle met bijzondere decoratie.

Bij de opgraving van Huis ter Kleef zijn fragmenten van meerdere snellen gevonden. Snellen zijn slanke drinkkannen van steengoed. De snelle heeft een hoge cilindrische, naar boven enigszins conisch toelopende grondvorm. De vorm is afgeleid van houten voorwerpen die kuipers maakten. Kenmerkend zijn de banden onder en boven, die lijken op hoepels die de oorspronkelijk van hout gemaakte voorwerpen bijeenhielden. Ze zijn in Siegburg vervaardigd, een plaats niet ver van Keulen. Enkele typische producten die daar gemaakt werden zijn o.a. trechterbekers en Jacobakannen. Kenmerkend is het gebruik van witte klei. In de tweede helft van de 16de eeuw komt de slanke snelle in de plaats van de Jacobakannen.

Reliëfdecoraties
De snellen zijn vaak uitbundig versierd met reliëfdecoraties. Deze fijn uitgewerkte reliëfs waren mogelijk vanwege de fijne structuur van de klei. In kleimatrijzen konden de versieringen gemaakt worden, die vóór het bakken op de snelle konden worden aangebracht. Dit worden appliques of in het Duits ‘Auflagen’ genoemd. Veel reliëfornamenten werden naar het voorbeeld van prenten of plaquettes uitgevoerd. Veel scenes kwamen uit de bijbel of de mythologie, maar ook wel uit het profane leven. Verhalen uit het Oude Testament komen veel voor en uit het Nieuwe Testament vooral de gelijkenissen van Jezus. De verhalen sluiten aan bij de alledaagse belevingswereld van de mensen. Ook werden scenes in medaillons of in ruiten aangebracht, met daaromheen ornamenten met ranken en grotesken.

Deugden
De hoge vorm van de snelle leent zich bij uitstek voor het aanbrengen van langwerpige rechthoekige appliques. Het exemplaar van Huis ter Kleef is daar een goed voorbeeld van. Hier zijn vrouwen, gedeeltelijk naakt, in draperieën afgebeeld. Het zijn personificaties van deugden. Hoe moet je abstracte begrippen zoals deugden uitbeelden? Al vanaf de Oudheid zijn deugden afgebeeld in de vorm van vrouwenfiguren met attributen om ze beter herkenbaar te maken. In de Griekse oudheid noemde Plato al vier deugden die burgers moesten bezitten in de ideale stadstaat: de vier kardinale deugden Prudentia (Wijsheid), Temperantia (Matigheid), Fortitudo (Dapperheid, Kracht) en Justitia (Gerechtigheid). Later worden daar de drie christelijke deugden aan toegevoegd: Fides (Geloof) Spes (Hoop) en Caritas (Liefde).

Caritas en Fortitudo
Als voorbeeld voor de snelle uit Huis ter Kleef hebben plaquettes van Peter Flötner (werkzaam in Nürnberg) gediend, die hij ca. 1540 heeft gemaakt. Dit zijn plaatjes van lood met een voorstelling in reliëf. Ze konden gebruikt worden als voorbeelden voor edelsmeedwerk en ook keramiek. Zo zijn ze ook gebruikt als voorbeeld voor Keuls steengoed. Dankzij de voorbeelden van Peter Flötner zijn de details ook beter te verklaren. Op de Kleefse snelle zijn Caritas en Fortitudo te herkennen. Caritas, die in een landschap staat, is de vrouw met een kind op de arm en een tweede kind aan haar voeten. Het grotere kind reikt haar een peer aan, een verwijzing naar de liefde van Christus. Het is grotendeels verdwenen maar het hoofdje en armpje met de peer is nog te zien. Het opschrift boven haar hoofd luidt: DE LIEFTDE. Het landschap van Flötner is hier gereduceerd tot een boompje.

De volgende figuur is Fortitudo de Kracht of Dapperheid, die als attribuut de zuil heeft. Ook zij staat in een landschap. Haar rechterarm rust op een stuk zuil en aan haar voeten ligt een kapiteel. Haar hoofd ontbreekt en een groot deel van de banderol boven haar hoofd. Nog wel te lezen is: D. .TE… waarschijnlijk DE STERCKEIT. Van de derde figuur is weinig over, alleen nog een kelk en een stuk van de draperie. Aan de hand van de voorbeelden van Peter Flötner komt Fides, het Geloof in aanmerking. Zij heeft als attribuut de kelk met hostie en het kruis.

De snelle uit Huis ter Kleef kan vergeleken worden met complete exemplaren van het Hetjens Museum in Düsseldorf, een keramiekmuseum. Daar zijn soortgelijke snellen in de collectie waarop bovengenoemde deugden te zien zijn. De deugd Fides heeft als opschrift DER GHELOF en het opschrift van Fortitudo kon aangevuld worden.

Tegenhangers
De deugden hadden ook tegenhangers. Tegenover Caritas staat Avaritia (Gierigheid), tegenover Fides Infidelitas (Ongeloof) en Idolatria (Afgoderij) en tegenover Fortitudo Timor (Vrees). De kerk vond vooral de ondeugden Libido (Lust) en Avaritia (Gierigheid.) het slechtst. Deugden en ondeugden konden in allerlei combinaties op snellen worden aangebracht. In het Hetjens Museum is bijvoorbeeld een snelle met Fortitudo met Hovaardigheid en Toorn te zien.

De decoraties op het steengoed hadden een betekenis voor de gebruiker. In samenhang met een humanistische vorming diende het beeld tot stichting en lering. Deugden waren er om nagestreefd te worden, voor ondeugden moest men oppassen.