Op stap in Haarlem!

In deze rubriek wordt elke maand kort en krachtig een bijzonder, apart of juist heel gewoon opgegraven voorwerp belicht. Deze maand betreft het een kinderschoen.

0-88krm-0022bIn 1988 is door de Archeologische Werkgroep Haarlem onderzoek verricht in de Bakenesserbuurt te Haarlem. Ter hoogte van ‘t Krom 29-39 kon op de locatie van enkele gesloopte panden een opgraving worden uitgevoerd. Op het terrein zijn diverse ophogingslagen uit de middeleeuwen aangetroffen. De ophogingslagen illustreren de expansie van de middeleeuwse stad Haarlem op het grondgebied Bakenes.

Stadsafval
0-88krm-0031De ophogingslagen ter hoogte van ‘t Krom 29-39 bestaan uit diverse pakketten stadsafval en mest, met daarin de nodige voorwerpen van keramiek en metaal. Door de zuurstofarme omstandigheden in de ophogingspakketten zijn ook vergankelijke materialen als leer, textiel, been en hout goed bewaard. Aan de hand van het vondstmateriaal worden deze ophogingslagen in de periode circa 1350-1375 gedateerd, met een accent op 1350-1360. Dit levert niet alleen een goede datering voor de aanleg van dit gedeelte van de middeleeuwse stadsuitleg in de Bakenesserbuurt, maar verschaft ook een gedetailleerd inzicht in de samenstelling van het afval van de middeleeuwse Haarlemmer in de oude stad.

0-88krm-groep1Schoenen
Dankzij de gunstige conserveringsomstandigheden in de ophogingslagen zijn er veel voorwerpen van leer overgeleverd. De meeste voorwerpen zijn schoenen. Vanwege het grote aantal aangetroffen schoenen en de goed gedateerde ophogingslagen, vormen de schoenen een interessante informatiebron. Zo geeft de variatie aan welke modellen in deze periode naast elkaar voorkwamen en zegt de verhouding tussen het aantal modellen iets over de gangbaarheid. In totaal zijn er 53 schoenen aangetroffen. Van 36 schoenen kon het model worden bepaald. Allen dateren uit de tijd van de ophogingsactiviteiten, namelijk 1350-1375.

0-88krm-0022aKinderschoen
Het meest voorkomende model is een halfhoge tot hoge schoen, die met staartknopen op de wreef wordt gesloten. Deze schoen heeft geen ‘lastige’ veters om te strikken. Door de leren veters -staarten- met knoop en al door het knoopsgat te trekken, zat de schoen snel en eenvoudig dicht. Vergelijkbaar met het gemak van onze klittenbandsluiting. 0-88krm-0022eDit type schoen wordt vanwege de eenvoudige sluiting als kinderschoen geïnterpreteerd. Ook de kleine maten van de aangetroffen schoenen zijn veelzeggend. Deze lopen uiteen van maat 18 tot en met maat 31. Er is slechts een enkele schoen in maat 40 aangetroffen. De levensduur van schoenen was beperkt. Door het gebruik sleet de leren zool snel, waarna de schoen soms nog werd hersteld, maar vaak gewoon werd afgedankt. Zo is de versleten kinderschoen als afval weggegooid en uiteindelijk met veel ander stadsafval als vulling in de ophogingslagen van ’t Krom beland. Had de jeugdig drager ooit kunnen vermoeden dat honderden jaren later zijn of haar schoen door archeologen zou worden opgegraven en gekoesterd?0-88krm-0022d

Terug naar de ijzertijd!

20161130_150031Het was soms koud en het was soms nat, maar het was vooral reuze interessant. Gedurende drie weken tijd is er door archeologisch bureau RAAP een opgraving uitgevoerd op het Delftplein in Haarlem-noord. Waar eens een grote verkeersrotonde lag, werd tot en met begin december uitgebreid gezocht naar sporen uit de ijzertijd en de bronstijd. Gedurende de gehele campagne hielpen de leden van de Archeologische Werkgroep Haarlem de beroepsarcheologen enthousiast een handje mee.

img_0905Andere tijden
Op de locatie waar door Elan Wonen containerwoningen de opvang van statushouders worden gerealiseerd, werd voorafgaand de bodem onderzocht. In de omgeving zijn in het verleden tal van sporen uit de steentijd, bronstijd en ijzertijd aangetroffen, waaronder scherven keramiek nabij het Spaarne Gasthuis, een pijlpunt van vuursteen in de Hekslootpolder en een heuse offerplaats in de Velserbroek. Haarlem-noord oogt nu aardig bebouwd, maar weinigen beseffen dat het gebied al duizenden jaren door mensen wordt bezocht en bewoond.

Sporen in de grondimg_0983
Van bebouwing uit de bronstijd en ijzertijd zijn helaas geen sporen teruggevonden, maar van het erf en het land om de boerderijen heen des te meer. Zo werden tal van afwateringsslootjes opgegraven, waarmee de bewoners in tijden van een natte bodem droge voeten probeerden te houden. Daarnaast zijn er waterkuilen opgegraven en sporen van akkers, in de vorm van schitterende krassporen van de ploeg in de bodem.

20161130_113156Naast al deze sporen in de grond zijn er ook vondsten gedaan, waaronder scherven keramiek van potten uit de ijzertijd, afdrukken van koeienpoten in de grond en een stukje vuursteen, afkomstig van een stenen bijl en hergebruikt als werktuigje. Het meest indrukwekkend is wellicht de enorme invloed van de natuur op de mogelijkheden voor de mens om zich op deze plek, bij de strandwal van Haarlem te vestigen. Soms won de mens, maar vaak verdreef de natuur deze indringer. Op de zijwanden van de opgravingsputten was dan ook goed de opbouw van de bodemlagen te zien, waaronder lagen veen (natte periode) en spitsporen (drogere periode).

Op de kaart20161130_151030
De boerderijen en andere gebouwen van de nederzetting(en) zijn tijdens de opgraving niet aangetroffen, maar wellicht is de mooiste vondst wel de aandacht die de opgraving van de belangstellende Haarlemmers kreeg. Naast de leden van de Archeologische Werkgroep Haarlem die meehielpen met opgraven, kreeg het team van archeologisch bureau RAAP enthousiaste buurtbewoners en huurders van Elan op bezoek en kwam een schoolklas met de conservator van het Archeologisch Museum Haarlem even kijken op een echte opgraving! En dankzij het Haarlems Dagblad kon heel Haarlem lezen over dit interessante project. De opgraving mag dan zijn afgelopen maar de ijzertijd in Haarlem staat weer aardig op de kaart.

Geduldimg_0980
De vele sporen en vondsten van de opgraving worden de komende twee jaar zorgvuldig onderzocht en beschreven door de archeologen van RAAP. Alle bevindingen worden in een onderzoeksrapport gevat, waarmee het verhaal van dit stukje Haarlemse geschiedenis opnieuw kan worden verteld. En wellicht volgt er in 2018 nog een schitterende tentoonstelling in ons eigen Archeologisch Museum!

 

 

Krabbels in de marge

In deze rubriek wordt elke maand kort en krachtig een bijzonder, apart of juist heel gewoon opgegraven voorwerp belicht. Deze maand betreft het een middeleeuwse stilus, oftewel schrijfstift.

Wie schrijft die blijft, althans dat is het gezegde. Helaas geldt dit niet voor de schrijver die 0-90klev-0192-001-1met een stilus zijn of haar verhaal aan de zachte was toevertrouwde. Want als de ingekrast boodschap was gelezen, werd de tekst eenvoudig weer gladgestreken. Soms zijn er karige aantekeningen overgeleverd doordat de ijverige schrijver zijn of haar boodschap dermate hard in de was had gedrukt, dat de punt van de stilus tot in het hout doordrong. Heel soms kunnen we zo flarden van teksten lezen. Of dit ook geldt voor de schrijver op kasteel Huis ter Kleef is niet bekend, want tijdens de opgraving is alleen de stilus oftewel schrijfstift aangetroffen. Van het bijbehorende wasplankje ontbreekt ieder spoor.

Aantekeningen, rekeningen en brieven
imagesEen stilus is een lange stift van hout, been, ivoor of metaal met meestal een spatelvormig uiteinde aan de ene zijde en een puntige stift aan de andere kant. De stilus werd al in de romeinse tijd gebruikt voor het maken van aantekeningen, rekeningen en brieven zonder blijvend belang. Hiervoor gebruikte men wastafeltjes. Dit zijn rechthoekige houten plankjes die in het midden zijn verdiept en met een laagje bijenwas zijn bestreken. In de was werd een tekst of tekening met de stilus aangebracht. Als de tekst of de tekening niet meer nodig was werd deze eenvoudig verwijderd door met het spatelvormig uiteinde van de stilus de was weer glad te strijken. Het wasplankje was zo weer bruikbaar voor een nieuwe boodschap.

Bijzondere styli
0-90klev-1054Er zijn er ook afwijkende vormen van styli bekend, waarbij de spatel handvormig of bolvormig is. Soms is de stilus van een ringetje voorzien om het schrijfgerei op te hangen of met zich mee te dragen. Bijzonder zijn de styli uit de dertiende en veertiende eeuw die in de Seine te Parijs werden gevonden. Ze zijn vervaardigd van lood en bovenaan de spatelzijde ‘halve maanvormig’ De voor- en achterzijde van deze uiteinden zijn versierd met onder andere een bisschop, een aap, kruis of een floraal decor.

De stilus van Huis ter Kleef
0-90klev-0226Tussen 1992 en 1994 werd door de AWH de slotgracht van het kasteel Huis ter Kleef in de huidige Haarlemmer Kweektuin opgegraven. De grachtvulling werd met water gezeefd, waardoor kleine voorwerpen makkelijker herkend werden. De allereerste vondst uit de oostgracht  in de zeef aangetroffen betreft een stilus. De stilus van Huis ter Kleef is vervaardigd van een koperlegering en dateert uit de vijftiende eeuw. Het uiteinde is spatelvormig en voorzien van een manchet, terwijl de schrijfkant is voorzien van een puntige stift.

Klooster en abdij800px-ruusbroec_miniatuur2
In Haarlem werden tijdens een opgraving in de jaren 1978-1979 in de zuidelijke kloostergang van het vroegere Dominicanerklooster –het huidige stadhuis- enkele skeletten aangetroffen. Naast de schedel van één van de skeletten werd een stilus aangetroffen. Of we hieruit mogen opmaken dat deze stilus als een grafgift is meegegeven aan zijn gebruiker is niet met zekerheid te zeggen. Bij de abdij van Egmond werd eveneens een stilus aangetroffen. De stilus is gemaakt van brons en voorzien van versiering in de vorm van een gestileerde slang. Deze stilus dateert uit de elfde eeuw.

Langdurig gebruik
Wasplankjes en styli werden over het algemeen tot in de vijftiende eeuw gebruikt. Daarna wordt het schrijven op papier meer algemeen en verdwijnen de wasplankjes en bijbehorende styli. Onder bepaalde omstandigheden werd echter nog lang gebruik gemaakt van deze schrijftechniek. Zo zijn enkele voorbeelden van langdurige gebruik bekend uit de zoutmijnen in Salesbury (tot 1812) en de vismarkt in Rouaan (tot 1919). In een vochtige omgeving waar papier en lei onbruikbaar zijn, was een wasplankje blijkbaar toch nog erg praktisch…

Vondsten Kasteel Huis ter Kleef te zien op Dag van de Architectuur

Op zaterdag 18 juni organiseert het Architectuurcentrum Haarlem de ‘Dag van de ExpositieOndergronds-banner1Architectuur 2016’ in Haarlem én Bloemendaal. Het thema is dit jaar ‘ONDERGRONDS’ waarbij al het bouwkundige wat zich onder onze voeten bevindt, centraal staat. En uiteraard doen de leden van de Archeologische Werkgroep Haarlem (AWH) enthousiast mee met dit aansprekende thema! Van 11.00 tot 14.00 uur is onze werkruimte voor architectuurliefhebbers geopend.

Bouwmateriaal en glas in lood
Na het BeIeg van Haarlem is het kasteel Huis ter Kleef in 1573 door de Spanjaarden opgeblazen. Het kasteel is in de jaren 1990-1994 door de Archeologische Werkgroep Haarlem (AWH) opgegraven en wordt momenteel uitgewerkt. In de werkruimte van de amateurarcheologen kunt u de vondsten van de opgraving bekijken. Naast de vele scherven keramiek en een maquette van het kasteel worden bijzondere middeleeuwse bouwmaterialen getoond, waaronder gedecoreerde schouwwangen en gebrandschilderd glas in lood.

LocatieDSC08033
Werkruimte AWH
Schoolgebouw Korte Verspronckweg 7-9 in Haarlem
(NB volg op het terrein de ONDERGRONDS-borden!)
Geopend van 11.00 tot 14.00 uur.

Zie ook: Programma Dag van de Architectuur.

Het Archeologisch Museum Haarlem doet uiteraard ook mee. Neem tussen 13.00 en 17.00 uur ook even een kijkje in het leukste ondergrondse museum van Haarlem!

 

Boeiende botten!

DSC00284De leden van de Archeologische Werkgroep Haarlem (AWH) zijn van alle markten thuis. Of het nu gaat om opgravingen, excursies of open dagen voor het publiek, ze draaien de hand er niet voor om. Hoe anders was het tijdens een dagje botten tellen. Want hoe herken je nou de botten van een zoogdier of een vogel? En waaraan zie je eigenlijk het verschil tussen de botten van een koe, konijn en een hert?


Een vak apart

Onder begeleiding van stadsarcheoloog Sem Peters van de gemeente Haarlem werden DSC00321onlangs diverse zakken met botmateriaal uit de slotgracht van Kasteel Huis ter Kleef aan een nader onderzoek onderworpen. De vele vondsten en de gegevens van deze opgraving worden momenteel uitgebreid onderzocht en beschreven, met als einddoel een vuistdikke publicatie en een mooie tentoonstelling in het Archeologisch Museum Haarlem. De meeste vondsten, zoals keramiek, glas en metaal, zijn bekend terrein voor de enthousiaste leden, maar botmateriaal is toch een vak apart. Het botmateriaal van Huis ter Kleef wordt dan ook door een gespecialiseerd bedrijf onderzocht.

Uit de gracht
Tussen 1992 en 1994 is er enkele honderden kilo’s botmateriaal uit de gracht van Huis ter DSC00304Kleef verzameld. En doordat tot op de meter en grondlaag nauwkeurig bekend is wel botje waar is gevonden en hoe oud dat is, kunnen er zeer gedetailleerde vragen over de bewoningsgeschiedenis worden beantwoord. Botmateriaal zelf is lastig te dateren, maar gelukkig geldt dit juist niet voor de vele duizenden scherven keramiek uit de gracht . Hierdoor weten we vrij nauwkeurig uit welke periode een botje afkomstig is.

Verhaal
De plaats waar de botten in de gracht zijn opgegraven zegt iets over het gebruik van de DSC00377verschillende kasteelruimten en de wegwerppatronen van de bewoners. Daarnaast kan worden bepaald welke dieren op het menu stonden, of ze jong waren of oud en of het alledaags voedsel betrof of juist sjieke hapjes voor een adellijke dis. En of de dieren van verre werden aangevoerd, of er zelf geslacht werd of dat er alleen stukken vlees werden gekocht. Kortom botten kunnen ons veel vertellen.

Sorteren en tellen
Door het botmateriaal voor diverse zakken met vondsten te tellen en te sorteren op bot en DSC00273schelpen, ontstaat goed inzicht inde hoeveelheid botten die in totaal zijn opgegraven en onderzocht kunnen worden. Op basis hiervan kan een gespecialiseerd bureau heel gericht een offerte voor het te onderzoeken botmateriaal verstrekken. In totaal zijn er meer dan 50 kratten met zakken botmateriaal geborgen. Een klein deel was al onderzocht en in 1995 in het eerste beknopte boek over de opgraving van Huis ter Kleef beschreven. Nu is de tijd rijp voor nieuw onderzoek aan deze oude botten. Vandaar dat de AWH graag een handje hielp bij het tellen van de botten. De botten gingen door de enthousiaste uitleg van de stadsarcheoloog al snel leven en er ontstonden spontaan allerlei beelden van uitgebreide banketten. Je zou er haast trek van krijgen…

DSC00328

 

 

Een pispot uit de gracht

In deze rubriek wordt elke maand kort en krachtig een bijzonder, apart of juist heel gewoon opgegraven voorwerp belicht. Deze maand betreft het een pispot.

Voor het doen van de menselijke behoefte beschikte men in de middeleeuwen en de 0.90KLEV.0703.001nieuwe tijd nog niet over moderne toiletten zoals wij die kennen. Overdag maakte men gebruik van het gemak om de behoefte te doen. Voor de nachtelijke uren stond de nachtspiegel, oftewel pispot te beschikking. Men hoefde dan niet in het donker uit het bed om zich op een koud en donker gemak te ontlasten.

Keramiek
Het merendeel van de pispotten is van keramiek gemaakt. Soms zijn ze geheel of gedeeltelijk geglazuurd, maar de vroege exemplaren vaak nog niet. De ongeglazuurde pispot was poreus waardoor deze al snel onfris ging ruiken. Naast de gewone exemplaren kende men ook pispotten van tin. Deze waren makkelijker schoon te houden en gingen veel langer mee. De tinnen pispotten waren echter lange tijd een duur bezit en worden in middeleeuwse vondstcomplexen alleen tussen het afval van welgestelden aangetroffen. Soms waren deze tinnen exemplaren van een wapen voorzien, zoals bij een pispot van kasteel Aldegonde te Souburg in Zeeland, waarin het wapen van Adriaan van Borssele was geslagen.

Huis ter Kleef
0.90KLEV.0228In de gracht van het kasteel Huis ter Kleef is een van de oudste pispotten van Haarlem aangetroffen. Het betreft een pispot van grijsbakkend aardewerk uit de periode 1350-1400. De pispot is waarschijnlijk doelbewust grijs gebakken. Door de zuurstoftoevoer in de oven af te sluiten bakt de klei namelijk niet alleen grijs in plaats van rood, maar wordt het baksel ook minder poreus, waardoor de pispot minder urine opneemt en zo ‘aangenamer’ ruikt. De pispot is helemaal ongeglazuurd en heeft aan de binnenzijde wat kalkaanslag van urine.

Donkere nachten
In tegenstelling tot de wat latere exemplaren met een holle bodem, zoals bij flessen, heeft 0.90KLEV.0934pispot van Huis ter Kleef nog een geheel vlakke bodem. Dat tijdens donkere nachten het terugzetten na het gebruik niet altijd goed ging, is te zien aan de vele afgebroken schilfers van de bodem. Mogelijk kwam de pispot in het donker met een smak op de plavuizen vloer neer. Het is opvallend dat de kwetsbare pispot nog helemaal heel is. Mogelijk is de pispot tijdens het legen in de gracht gevallen. Of zat er aan deze pispot toch een luchtje?

Wie meer wil weten over de Haarlemse poep- en piescultuur moet zeker de huidige tentoonstelling ‘Haarlem ontlast’ in het Archeologisch Museum Haarlem gaan bekijken.

Een pijlpunt uit de steentijd

In deze rubriek wordt elke maand kort en krachtig een bijzonder, apart of juist heel gewoon opgegraven voorwerp belicht. Deze maand betreft het een pijlpunt.

In de zomer van 1986 kregen de leden van de Archeologische Werkgroep Haarlem e.o0.86JNW.0056cor. (AWH) de gelegenheid om onderzoek te doen op de locatie Jansweg 9-15, naast het NS-station Haarlem. Op het terrein was voorheen de Haarlemse Auto Centrale (HAC) gevestigd en naderhand is op de locatie het weinig flatteuze pand van het Arbeidsbureau gebouwd. De geschiedenis van deze plek gaat echter veel verder terug.

Strandwal
Haarlem ligt ten oosten van de Oude Duinen en deels op een strandwal in het westelijke veengebied. Ongeveer 5600 jaar geleden begon de zeespiegel te dalen als gevolg van klimatologische veranderingen. Door het terugtrekken van de zee vormde zich in het kustgebied kilometers brede zone van noord-zuid georiënteerde strandwallen. De oudste strandwal loopt van Heemstede naar Spaarnwoude en is ongeveer 5600 jaar geleden gevormd. Ten westen van deze strandwal ligt de strandwal van Haarlem die ongeveer 4800 jaar geleden is ontstaan. 0.86JNW.0003Tussen de strandwallen van Haarlem en Heemstede-Spaarnwoude strekte zich een strandvlakte uit, waar door vernatting veengroei kon plaatsvinden in de periode ijzertijd- vroege middeleeuwen. Hier heeft zich omstreeks 4000 jaar geleden het veenstroompje de Spaarne ontwikkeld, dat afwaterde op het Oer-IJ.

Akkerlagen
De opgravingslocatie Jansweg 9-15 lag op de oostflank van de Haarlemse strandwal. Illustratief voor de overgang van de strandwal naar de natte strandvlakte is het feit dat 0.86JNW.0025tijdens het onderzoek bronbemaling moest worden ingezet, om te kunnen opgraven. Tijdens het onderzoek werden sporen blootgelegd uit het laat-neolithicum, circa 1800 voor Chr. Er werden twee door stuifzand van elkaar gescheiden akkerlagen aangetroffen. In deze akkerlagen waren duidelijk ploegsporen waarneembaar. Bijna alle vondsten zijn uit beide akkerlagen afkomstig.

Vondsten
Het merendeel van het gevonden aardewerk is van het Klokbeker-type, een enkele van het Wikkeldraadtype. Ook werd vuursteen aangetroffen, diverse knoopschrabbers en vele afslagen. Het aardewerk en de vuurstenen werktuigen werden waarschijnlijk ter plekke 0.86JNW.0047vervaardigd. Naast de pijlpunt is -op dezelfde dag- nog een bijzonder vondst gedaan, in de vorm van een schitterende kleine bijl van natuursteen. In de akkerlagen werden ook greppels en kuilen waargenomen, waaronder enkele paalkuilen. Het aantal paalkuilen was echter te gering om hier een huisplattegrond uit te reconstrueren.

Pijlpunt
De vlakken van de opgravingsput werden zorgvuldig met de schep laagje voor laagje afgeschaafd. Tijdens het afschaven werd een opmerkelijk vondst gedaan in de vorm van een prachtige pijlpunt van grijzig vuursteen. De pijlpunt is slechts 2.5 cm lang en vakkundig met de hand bewerkt. Met behulp van eenvoudig klop- en drukgereedschap is de pijlpunt beetje bij beetje bewerkt. Op de pijlpunt zijn hiervan de bewerkingssporen nog goed zichtbaar. Met het oog op de vele gevonden stukjes afgeslagen vuursteen Het is zeer aannemelijk dat de pijlpunt ter plekke is vervaardigd. Naast de driehoekige punt met weerhaken is de pijlpunt van een ‘bevestigingstukje’ voorzien waarmee het aan de schacht van een pijl kon worden bevestigd. Waarschijnlijk is de pijlpunt voor jachtdoeleinden gemaakt, maar het is onduidelijk of er ook daadwerkelijk mee geschoten is. Mogelijk is de pijlpunt vroegtijdig verloren of weggegooid.

In Haarlem zijn meer pijlpunten van vuursteen gevonden, waaronder een tijdens de opgraving in de Hekslootpolder (1997) en zeer recent een in de Grote of St. Bavokerk (2016).

Graven in de Bavokerk!

De afgelopen week was het een drukte van belang in de Grote of St. Bavokerk aan de DSC09604Grote Markt in Haarlem. In de kerk werd alweer voor het derde jaar opgegraven. In de loop van een kleine week veranderde het interieur van de kerk in een maanlandschap vol kuilen en hopen zand, maar aan het einde van de week was alles weer netjes opgeruimd en aangeveegd. Onder leiding van de Haarlemse stadsarcheoloog groeven de leden van de Archeologische Werkgroep Haarlem enthousiast een handje mee.

Tufstenen kerk
DSC09279De afgelopen twee jaar werden al delen van de tufstenen kerk uit de dertiende eeuw blootgelegd. Hierbij ging het om de twee zijmuren en de achtergevel, het koor genaamd. Aanleiding voor de eerste archeologische stappen in de Grote of St. Bavokerk vormde de restauratie van een negentiende eeuws grafmonument van twee waterstaatkundige heren. Uit historische bronnen was bekend dat er bij de aanleg van dit monument tufsteen was waargenomen. De restauratie van het monument deed dan ook de archeologische alarmbellen rinkelen.

Muren en een verbrand vloertjeDSC09408
In 2014 was binnen enkele slechts uren de tufstenen muur binnen het grafmonument blootgelegd en volgde een speurtocht naar de overige muren van deze vroege kerk. Aangezien de kerken in deze tijd volgens een vaste maatverhouding werden gebouwd, kon vervolgens gericht worden gezocht. Zodoende konden beide buitenmuren worden gelokaliseerd en bleek de muur maar liefst een meter breed en 2.5 meter diep gefundeerd te zijn. In 2015 werd naar het koor van de tufstenen kerk gezocht. Hoewel het koor van vergelijkbare kerken veelal rond of als een rechthoekige uitstulping werd gebouwd, bleek de Haarlemse versie een geheel rechte koormuur te hebben. Daarnaast werd tijdens deze campagne een deel van een verbrande vloer met tegeltjes blootgelegd en volgden meer muurdelen van de tufstenen kerk.

DeuropeningDSC09448
Dit jaar stond de zoektocht naar de (zij)ingang van de tufstenen kerk centraal. Deze zou zich -op basis van de standaard bouwwijze – in de noordmuur aan de zijde van de Grote Markt moeten bevinden. De vraag was dan ook of er nog iets van de oorspronkelijke ingang zou resteren. Het lijkt er ook op dat deze is gevonden, al vergt het nog de nodige studie. Daarnaast is er weer allerlei muurwerk gevonden. Een deel hiervan is van tufsteen, maar er zit ook veel baksteen tussen. Van de buitenzijde van de tufstenen noordmuur is ook een prachtige plint blootgelegd.

KelderDSC09527
Aan de zijde van de Oude Groenmarkt werd onderzocht of de veertiende eeuwse bakstenen opvolger van de tufstenen kerk niet wat breder is geweest dat tot nu toe werd aangenomen. Aanleiding hiervoor vormde de vondst van een kelder onder de zeventiende eeuwse aanbouw. In de keldermuur werden tal van grote oude maten bakstenen en een fragment tufsteen waargenomen. Nadat de zerken waren gelicht is tussen de vele recente kabels en buizen gegraven naar aanwijzingen. Alhoewel de muur tot op het grondwater is blootgelegd, zal het nog de nodige tijde vergen om alles goed te overdenken. Gelukkig zijn alle bevindingen in het veld vastgelegd in dagrapporten, op foto’s en tekeningen.

VondstenDSC09369
Naast de nodige muren werden diverse andere vondsten gedaan, waaronder onderdelen van skeletten. De graven zijn in de negentiende eeuw massaal geruimd, waardoor tijdens de opgraving veelal losse onderdelen werden aangetroffen. Alleen op het allerdiepte niveau waren nog enkele begravingen aanwezig. Daarnaast werden tijdens het graven en zeven van de grond diverse scherven keramiek aangetroffen en kon met behulp van de metaaldetector tientallen munten worden geborgen. Een zéér bijzondere vondst werd door de Haarlemse stadsarcheoloog tijdens het zeven van de grond gevonden, namelijk een fraaie pijlpunt van vuursteen uit de steentijd. Deze pijlpunt dateert van ver voor de kerk, maar illustreert wel dat er al heel lang geleden ‘Haarlemmers’ op deze locatie met pijl en boog rondliepen.

VervolgDSC09488
De komende tijd worden alle vondsten, foto’s en tekeningen van de muren uitvoerig door de archeologen van de gemeente Haarlem bestudeerd en zullen de bevindingen worden gepubliceerd. Naast veel informatie leverde de laatste campagne ook weer nieuwe vragen op. Zo blijft de toren van de tufstenen kerk intrigeren. Kortom, het zand is dan wel teruggestort in de werkputten en de zerken zijn teruggeplaatst, maar wellicht moet archeologie-minnend Haarlem februari 2017 toch maar vast in de agenda vrijhouden…

 

 

Archeologische dubbellezing VINEX anno 1610

In de winter van 2010 hebben de leden van de Archeologische Werkgroep Haarlem DSCN3044onder leiding van de beroepsarcheologen meegeholpen bij de opgraving aan het Wilsonplein in Haarlem. Tijdens het graven zijn diverse sporen aangetroffen, waaronder een stadsgracht uit de zestiende eeuw – met allerlei interessante vondsten- en een stadsuitbreiding uit de zeventiende eeuw, met diverse waterputten en beerputten. In het Archeologisch Museum Haarlem is momenteel dde tentoonstelling over deze opgraving te bekijken. Wie meer wil weten over deze opgraving moet zeker deelnemen aan de dubbellezing VINEX anno 1610 op donderdag 21 januari en donderdag 28 januari a.s.

Tweeluik
In samenwerking met het bureau Archeologie van de gemeente Haarlem organiseren deDSCN3058 collega’s van de Historische Vereniging Haerlem een programma over een van de oudste stadsuitbreidingen in Haarlem op de plek die wij nu kennen als het Wilsonsplein. Het programma is verdeeld over twee avonden.
De eerste avond is gewijd aan de stedenbouwkundige planning en de tweede avond aan het dagelijks leven in die wijk.

Programma donderdag 21 januari (in de Hoofdwacht)

  • 20:00 – 20:30 Sem Peters Archeoloog – Bureau Archeologie Haarlem
    De opkomst en ondergang van een uitbreidingswijk
  • 20:45 – 21:15 Ranjith Jayasena Archeoloog – Bureau Monumenten en Archeologie Amsterdam
    Stadsuitbreiding in de 17e eeuw
  • 21:15 – 21:45 Maarten Enderman  Bouwhistoricus – Monumenten en Archeologie
    ’s-Hertogenbosch
    Het (Haarlems) woonhuis in de 17e eeuw 

Programma donderdag 28 januari (in de Hoofdwacht)

  • 20:00 – 20:30 Sem Peters Archeoloog – Bureau Archeologie Haarlem
    Huisraad
  • 20:45 – 21:15 Henk van Haaster  Archeobotanicus en palynoloog – BIAX
    17e-eeuwse maaltijdresten
  • 21:15 – 21:45 Kinie Esser Archeozoöloog – Archeoplan Eco
    Vlees en visconsumptie in de 17e eeuw

Aanmelden en kosten
U bent welkom vanaf 19.00 uur in het Archeologisch Museum voor koffie en thee, zodat uDSCN3057 ook in de gelegenheid bent om alsnog of nogmaals de tentoonstelling Vinex anno 1610 te bekijken. Aanvang lezingen 20.00 uur in de Hoofdwacht en nazit in de Hoofdwacht. De entree bedraagt € 7,50 voor beide avonden. Niet-leden van de Historische Vereniging Haerlem zijn welkom. Aanmelden vóór 18 januari. Klik hier.

Het ei van de Damstraat

In deze rubriek wordt elke maand kort en krachtig een bijzonder, apart of juist heel gewoon opgegraven voorwerp belicht. Deze maand betreft het een ei.

Onder uiterst zware omstandigheden is in 2002 een archeologisch onderzoek tijdens de0.02DAM.BP3D.999 bodemsanering in de Damstraat gehouden. Tussen de ronkende graafmachines kon gelukkig veel van de vroege geschiedenis van Haarlem worden gedocumenteerd en opgegraven. Naast enkele dikke muren van bebouwing en de loop van de Haarlemse beek zijn ook diverse beerputten en waterputten aangetroffen. Uit een van de beerputten kwam een uiterst tere vondst, namelijk een compleet ei.

Beerput
Het ei uit de beerput wordt aan de hand van de overige vondsten in het begin van de vijftiende eeuw gedateerd. De schaal van het ei is oorspronkelijk wit, maar door het eeuwenlange verblijf in de beerput is de buitenkant letterlijk ‘poepbruin’ van kleur. Het ei is 3.9 bij 5.2 cm groot en betreft een kippenei. Het ei heeft een gewicht van 8.5 gram maar een recent ei van dezelfde afmetingen weegt circa 50.3 gram. De inhoud van het aangetroffen ei is geheel ingedroogd. Bij het schudden van het ei hoor je nog dat er “iets” in zit, waarschijnlijk is dit de dooier.

Stukjes eierschaal
Resten van eieren, vooral de schaal, worden wel meer gevonden tijdens archeologisch0021 onderzoek. Waarschijnlijk betreft dit de restanten van een maaltijd of een bereiding in de keuken. Het is echter zeer bijzonder als een ei nog geheel compleet wordt aangetroffen.

Weggeworpen
Waarom het ei van de Damstraat is weggeworpen weten we helaas niet, maar het vermoeden is dat het ei niet meer eetbaar werd geacht. Helaas beschikte de middeleeuwse bewoner van de Damstraat nog niet over het ‘handigheidsboekje’ uit circa 1950, waar in het hoofdstuk over “bewaren en vershouden van levensmiddelen” bij tip nummer 30 het volgende staat vermeld: “eieren kan men jarenlang goed houden, wanneer men ze verscheidene malen in een tot op 38 graden Celsius verwarmde waterglasoplossing dompelt, goed afdroogt en op een houten rooster legt”.

Kippen
De kip (Gallus Gallus Domesticus) werd al rond 3200 v. Chr. in Azië en India gehouden vourouders van kippenen vanaf het jaar 1400 v. Chr. in Egypte. De eerste gedomesticeerde kippen kwamen rond 700 v. Chr. in Zuid- Europa terecht. Tegenwoordig komt de kip vrijwel overal ter wereld voor. De voorouder van de kip is het Bankavihoen of het rode kamhoen  (Gallus Gallus). Dit hoen komt nog steeds voor in zuidoost–Azië en India en is ongeveer zo groot als een krielkip.